Veel bedrijven besteden forse bedragen aan fysieke beveiliging. Denk aan beveiligingscamera’s, toegangspasjes, hekwerk en security personeel. De investeringen in digitale beveiliging liggen vaak een stuk lager. Merkwaardig, want bij inbraak op fysieke locaties is vaak veel minder te halen dan bij cybercriminaliteit. Tegen wie of wat moeten we ons eigenlijk digitaal beschermen en hoe pak je dat aan? Mijn advies is ‘Denk als een hacker’. En dat is eigenlijk helemaal niet zo moeilijk.
Parallellen tussen de fysieke en online wereld
Een zwak passwoord is vergelijkbaar met een raam dat op een kier staat. Mensen kunnen zich fysiek of online voordoen als een ander om toegang te krijgen tot een gebouw of systeem (identiteitsfraude). Ze kunnen een greep in de kas doen of zich voordoen als de directeur om geld naar hun rekening te laten overmaken (CEO-fraude). De online vorm van kidnapping is het installeren van ransomware. Activisten kunnen voor je kantoor gaan demonstreren of de homepage van je site veranderen. Boze ex-werknemers nemen soms bij hun vertrek spullen mee, maar ze kunnen ook gevoelige gegevens kopiëren.
Is het beschermen van systemen een taak van IT? Beslist niet alleen. Het merendeel van de cybercrimes wordt veroorzaakt door ‘gewone’ medewerkers die zich onvoldoende bewust zijn van de digitale risico’s. Daardoor is e-mail het startpunt voor ruim 90% van de cybercrime.
De impact van digitale inbraak is vaak groot
Wanneer een cyberaanval slaagt kan je systeem platgelegd worden waardoor de continuïteit van bedrijfsprocessen in gevaar komt. Een andere mogelijkheid is dat intellectuele eigendommen gestolen worden. Denk aan recepten of bouwtekeningen. Verder kan het imago van je bedrijf een behoorlijke deuk krijgen wanneer (klant)gegevens in verkeerde handen vallen. Een hack kan aantonen dat er een tekortkoming is in de manier waarop een bedrijf de compliancy-voorschriften probeert na te leven. Dan kan de Autoriteit Persoonsgegevens daarbij hoge boetes opleggen in het kader van de AVG/GDPR.
Verschillende ingangen voor cybercriminelen
De IT-omgevingen zijn zo complex geworden, dat je kwetsbaarheden niet meer handmatig kunt checken. Denk bijvoorbeeld aan besturingssoftware van IoT (Internet-of-Things) apparatuur. Er worden steeds meer slimme apparaten gebruikt die verbonden zijn met het bedrijfssysteem. Denk aan webcams, apps voor mobiele apparatuur die gekoppeld zijn aan digitale deurbellen, thermostaten etc. Dat zijn allemaal mogelijke ingangen voor cybercriminelen. Bovendien heeft het netwerk de muren van het kantoor doorbroken. Thuiswerken is inmiddels de gewoonste zaak van de wereld en thuis is de beveiliging vaak een stuk minder. Verder worden steeds meer toepassingen vanuit de cloud afgenomen in de vorm van Software-as-a-Service. En in de public cloud is alles met een IP-adres, kwetsbaar voor cybercriminaliteit.
Maatregelen om cybercriminaliteit te voorkomen
Hieronder de belangrijkste stappen om hackers geen kans te geven:
1. Stel een goed security team samen dat alle security risico’s in kaart brengt. Dat kan onder meer bijvoorbeeld met goede vulnerability management software die gebruik maakt van het CVSS (Common Vulnerability Scoring System). Ook penetratietesten (gefingeerde aanvallen) zijn een probaat middel. Op basis hiervan bepaal je welke risico’s je wilt migiteren of helemaal wilt uitsluiten.
2. Maak medewerkers beter bewust van de security risico’s. Hiervoor is een scala aan middelen beschikbaar. Denk aan interactieve e-learning portals, voorlichtingsvideo’s en game based trainingen.
3. Zorg dat security backlogs van alle endpoints – zowel on premise als in de cloud – geautomatiseerd kunnen worden geanalyseerd. Het kost namelijk veel te veel tijd om dit handmatig te doen. Om die taak over te nemen wordt doorgaans een oplossing voor Security Information & Event Management (SIEM) gebruikt.
4. Ontwikkel draaiboeken en protocollen voor de respons op een cyberaanval. Denk aan account blocks of in quarantaine plaatsen van verdachte bestanden en e-mails (sandboxing). Door geautomatiseerd te reageren op cyberaanvallen, kunnen gevolgen beperkt worden en ben je sneller in control.
5. Schrijf de blauwdruk voor communicatieplan. Daarin staat op welke manier en via welke media je laat weten dat je organisatie door een cyberaanval is getroffen en welke maatregelen je neemt om de schade te beperken en zo snel mogelijk weer up-and-running te zijn. Zo’n plan is nodig om interne onrust en imagoschade te voorkomen.
Kortom, met de juiste maatregelen zijn veel cyberaanvallen te voorkomen en kun je de gevolgen van een geslaagde aanval tot een minimum beperken. Daarbij is het niet alleen belangrijk dat je een professioneel team van security experts opstelt (of inhuurt) maar ook dat je de security awareness van medewerkers vergroot, zowel op de werkvloer als in de directiekamer. Ze moeten net zo alert zijn op inbraak en kwalijke praktijken als in de fysieke wereld.